Welkom bij
Moderne landbouw
!
De granaatappelboom (Punica granatum ) wordt over de hele wereld gewaardeerd om zijn kenmerkende robijnrode vrucht die vol zit met sappige, antioxidantrijke arils - de met sap gevulde holtes rond de zaden. Inheems in het Midden-Oosten tot aan de uitlopers van het Himalayagebergte, gedijen deze winterharde, onderhoudsarme planten in warme, mediterraan-achtige klimaten en zijn ze bijzonder droogtetolerant. Sommige granaatappelsoorten zijn zelfs vorstbestendig tot 10 graden Fahrenheit.
Video van de dag
Granaatappelplanten kunnen worden gekweekt als bomen of struiken en doen het perfect in potten, overal van 6 tot 20 voet lang. Tijdens het groeiseizoen hebben de bladverliezende planten donkere, glanzend groene bladeren en lichtroze, dieprode of oranjerode bloemen die vruchten laten groeien tussen 2,5 en 5 inch met een harde schil in tinten variërend van roze-geel tot paarsachtig- rood.
Granaatappels staan bekend als superfruit en hebben veel gezondheidsvoordelen. Hoewel ze bekend staan om hun hoge gehalte aan antioxidanten, bevatten ze ook veel thiamine, riboflavine, niacine, calcium, ijzer, magnesium, fosfor, kalium, zink en vitamine B6, B9 en C. Hoewel de sappige arils goed kunnen worden geconsumeerd van de vrucht (de binnenste zaden kunnen worden ingeslikt of uitgespuugd), ze kunnen ook worden gebruikt in salades, rijstgerechten en sauzen en kunnen worden gekookt met vlees. Het sap kan worden gebruikt om grenadinesiroop, granaatappelmelasse, gelei, sorbets, wijnen en meer te maken.
Afhankelijk van de variëteit en uw lokale groeiomstandigheden, kan het sap in de vrucht zeer zoet of vrij scherp zijn, waarbij planten zoetere smaken ontwikkelen als ze meer zon krijgen. De oogsttijden variëren aanzienlijk, afhankelijk van de variëteiten en het lokale klimaat, waarbij sommige planten het hele jaar door vrucht dragen en andere alleen in de herfst. Hoewel je maar één granaatappelboom in je tuin nodig hebt omdat ze zelfbestuivend zijn, zal het toevoegen van meer dan één boom voor kruisbestuiving resulteren in een verhoogde fruitproductie.
Wanneer ze als struik worden gekweekt, bereiken granaatappelplanten meestal tussen de 10 en 15 voet lang en 6 tot 8 voet breed. Met de juiste training kan de plant in plaats daarvan groeien als een boom met één enkele stam of meerdere stammen; deze kunnen 15 tot 20 voet lang en 10 tot 15 voet breed worden. Bepaalde dwergsoorten en struiken die in een pot worden gekweekt, kunnen 6 tot 10 voet hoog worden.
Enkele van de meest voorkomende cultivars zijn:
Hoewel vermeerdering uit zaad mogelijk is, zal een granaatappelboom die uit zaad wordt gekweekt, geen vruchten van hoge kwaliteit voortbrengen zoals die uit stekken, die jaren nodig hebben om wortels te ontwikkelen. Daarom verdient het de voorkeur om een jonge boom te kopen bij gerenommeerde kwekers. Jonge boompjes kunnen met blote wortels, in jutezakken of in containers worden verkocht. Planten met blote wortels of met jute bedekte wortelkluiten moeten in het voorjaar worden geplant na de laatste nachtvorst in uw gebied, maar voordat ze hun rustperiode verlaten. Hoewel in een container gekweekte planten op elk moment van het jaar opnieuw kunnen worden geplant, zijn de lente en de herfst ideaal, aangezien het het beste is om ze niet te planten tijdens bijzonder warm of koud weer.
De plantafstand varieert op basis van hoe u uw granaatappel wilt laten groeien. Zorg ervoor dat u bij kleine bomen, heggen of struiken minstens 10 voet ruimte tussen de planten laat. Als u van plan bent de plant tot een grote granaatappelboom te snoeien, laat dan 15 voet ruimte tussen de planten. Kies een gebied in de volle zon maar beschut tegen harde wind.
Graaf een gat dat anderhalf keer de diepte en twee keer de breedte van de wortels van de plant of een bestaande container is. Giet 1 kopje universele meststof in de bodem van het gat en meng vervolgens de verwijderde grond met een gelijke hoeveelheid mest of compost. In een container gekweekte planten moeten op dezelfde diepte worden geplaatst als in de container, terwijl bij jute en kale wortelplanten de grond tot aan de grondmarkering op de stengel moet staan. Spreid de wortels in alle richtingen uit voordat u het gat vult met uw aangepaste grondmix. Tik zachtjes op de grond terwijl je gaat om ervoor te zorgen dat er geen grote luchtspleten zijn.
Als het gat halfvol is, geef je voorzichtig water om eventuele gaten verder op te vullen en om ervoor te zorgen dat de diepere wortels voldoende vocht krijgen. Vul de rest van de grond in voor het mulchen met een 3-inch diepe laag compost of mest, laat 2 inch ruimte rond de basis van de plant. Geef grondig water en houd de grond zo veel mogelijk gelijkmatig vochtig gedurende het eerste levensjaar van de plant, maar zorg ervoor dat u niet te veel water geeft.
Voor een ingemaakte granaatappelboom of -struik, selecteer een container van 18 inch diep en breed en gebruik een commerciële potmix. Breng na het planten een meststof 5-10-5 aan. Na twee jaar opnieuw planten in een container die minstens 24 inch diep en breed is. Om de plant beheersbaar klein te houden, snoei je elke winter de top van de boom.
Granaatappels doen het het beste in warme, droge klimaten met korte, milde winters en een lage luchtvochtigheid, dus ze gedijen goed in USDA zones 9 en 10. Deze winterharde planten kunnen het echter prima doen in de zones 8 tot en met 12, en enkele van de meer koude-tolerante rassen, zoals Granada en Balegal, kunnen overleven in zone 7.
In gebieden die te koud zijn voor granaatappels, kunnen ze nog steeds in een kas of in een container worden gekweekt, zodat ze in de winter naar binnen kunnen worden gedragen. Zelfs in koele gebieden hebben granaatappels minimaal zes uur directe zon nodig om gezond te groeien en fruit te produceren. Bescherm deze planten tegen koude wind om schade door kou te voorkomen.
Granaatappelbomen die worden blootgesteld aan temperaturen onder de 10 graden kunnen vorstschade oplopen, met als gevolg dat hun stammen of takken afsterven. Omdat granaatappels in het voorjaar langzaam hun bladeren terug laten groeien, wacht u tot het late voorjaar om te beoordelen of uw boom schade heeft opgelopen na een strenge wintervorst. Als een of meer stammen beschadigd zijn, verwijder dan het dode hout en moedig nieuwe uitlopers aan, omdat deze kunnen worden getraind om het beschadigde deel van de plant te vervangen.
Granaatappels kunnen op elk moment van het jaar worden geplant, zolang ze maar in containers worden gekweekt, maar het is het beste om ze in de lente of herfst te starten om extreme hitte of kou te vermijden, wat moeilijk kan zijn voor een pas verplante granaatappelboom. Omdat planten en bomen met blote wortel die in jutezakken worden verkocht, in hun rustperiode worden verkocht, is het het beste om deze in het vroege voorjaar te planten zodra de grond werkbaar is, omdat ze in de grond moeten zijn voordat ze hun ruststadium verlaten.
Als het om aarde gaat, zijn er maar weinig fruitbomen die zo willekeurig zijn als granaatappels. Hoewel ze de voorkeur geven aan licht zure, zachte, leemachtige grond die goed doorlatend is, kunnen deze planten op vrijwel alle gronden groeien, variërend van zanderige tot kleiachtige en zelfs alkalische grond. Voor het beste resultaat, mulch de planten elk voorjaar met een dikke laag compost of mest of voeg elke twee weken een compostthee of een visemulsieoplossing toe. Hoewel u in de herfst en lente ook een meer traditionele vloeibare meststof kunt gebruiken, moet u meststoffen met een hoog stikstofgehalte vermijden, omdat dit de fruitproductie kan verminderen.
Zorg ervoor dat planten minimaal zes uur volle zon per dag krijgen. Meer zon verhoogt niet alleen de hoeveelheid fruit die door uw boom wordt geproduceerd, maar maakt hem ook zoeter.
Hoewel nieuwe granaatappelplanten regelmatig water moeten krijgen, zijn ze, als ze eenmaal gevestigd zijn, zeer droogtetolerant en kunnen ze jarenlang overleven met minimaal water. Natuurlijk betekent minder water minder fruit, dus het is het beste om het hele groeiseizoen voor voldoende bodemvocht te zorgen. Geef eenmaal per week diep water als er geen regenval is en houd de grond vochtig maar niet nat in de late zomer en vroege herfst, omdat dit uw productie maximaliseert en het splijten van het fruit vermindert. Voorkom dat er water op de granaatappel komt, omdat dit ook kan leiden tot splijten.
Als je in een koele omgeving woont en een plant in een container hebt, betekent overwinteren dat je eraan moet denken om de plant binnen te halen. Voor de meeste telers hebben deze planten echter geen winterspecifiek onderhoud nodig, hoewel de winter de beste tijd is om een granaatappelboom te snoeien. Granaatappelbomen hoeven niet te worden gesnoeid, maar dit kan de fruitproductie helpen verhogen en kan ook de vorm bepalen die een jonge boom uiteindelijk zal aannemen.
Als ze alleen worden gelaten, zullen ze uitgroeien tot een bossige struik met veel stammen en uitlopers die uit het wortel- en kruingebied ontspruiten. Door deze uitlopers af te snoeien en de plant tussen één en vier stammen te laten groeien, kun je er een boom van maken.
Of het nu gaat om het kweken van een struik, haag of boom, het is belangrijk om het eerste jaar niet te snoeien om een gezonde ontwikkeling te stimuleren. Kies in het tweede jaar of je een haag, struik of boom wilt. Voor heggen laat u alle hoofdstammen en uitlopers op hun plaats en knipt u de buitenste takken af om de gewenste algemene vorm te creëren. Kies voor struiken vier tot zes hoofdstammen en snoei de andere tot op de grond, omdat dit het oogsten vergemakkelijkt, de hoeveelheid fruit vergroot en de grootte van de vruchten vergroot.
Om een granaatappelboom te laten groeien, beslis je hoeveel stammen je wilt - tussen één en vier. Verwijder sukkels het hele jaar door. Stimuleer voor het tweede en derde levensjaar van de boom een gedrongen raamwerk dat een gezonde groei bevordert. Snoei daarna eenmaal per jaar lage takken terug om de boom aan te moedigen groter te worden of, voor een korte boom, trim de bovenkant van de takken.
Wat voor soort granaatappelplant je ook hebt gekozen om te kweken, licht snoeien van oud, kruisend en vol hout kan een gezonde groei stimuleren en de fruitproductie verhogen. Bloemen groeien op takken die tussen de twee en drie jaar oud zijn, dus pas op dat je niet te veel nieuwe groei verwijdert, anders kun je de hoeveelheid fruit die je de komende jaren laat groeien drastisch beperken.
Het oogsten van granaatappelfruit is niet moeilijk, maar het kan moeilijk zijn om te weten wanneer je moet oogsten, omdat planten zo variëren. Sommige cultivars beginnen pas op een jaar oud vrucht te dragen, terwijl andere vijf jaar nodig hebben om vruchten af te werpen. Evenzo kunnen planten het hele jaar door fruiten, twee keer per jaar of één keer per jaar, afhankelijk van het lokale weer. Om het nog verwarrender te maken, zullen sommige granaatappels felrood of zelfs roodpaars zijn als ze rijp zijn, terwijl andere geelachtig bruin of zelfs groenachtig roze zijn. Om deze reden is het een goed idee om vertrouwd te raken met uw specifieke cultivar en het typische oogstseizoen in uw regio.
Hoewel de kleuren kunnen variëren op basis van de variëteit, hebben granaatappels de neiging om minder cirkelvormig en hoekiger te worden naarmate ze de maximale rijpheid naderen, en de stengel en het uiteinde van de bloesem beginnen af te vlakken. Wanneer de huid onrijp is, zal deze zeer glanzend en glanzend zijn en zal deze tijdens het rijpen mat worden. Als de schil leerachtig begint te worden, verwijder dan onmiddellijk de vruchten omdat ze te rijp worden. Fruit dat na het rijpen aan de boom achterblijft, zal vaak splijten en door vogels worden gegeten. Fruit moet uit de boom worden gesneden om te voorkomen dat onrijp fruit per ongeluk wordt omgestoten. Rijp fruit zal gemakkelijk van de stengel draaien.
Oogst altijd fruit wanneer het begint te splijten en eet of bewaar het onmiddellijk omdat het snel bederft. Anders kunnen granaatappels vele weken bij kamertemperatuur worden bewaard of maanden in de koelkast worden bewaard. Granaatappels krijgen een donkerdere schil en zachtere zaden en worden smaakvoller naarmate ze ouder worden. Eenmaal uit de vrucht verwijderd, kunnen granaatappelpitjes maximaal een week in de koelkast worden bewaard of vele maanden in de vriezer worden bewaard.
Granaatappels zijn echt onderhoudsarm en zijn onderhevig aan weinig ziekten en plagen. Toch kan het nooit kwaad om periodiek op zoek te gaan naar bladvoetige insecten, mijten en bladrollers, die de plant niet vernietigen, maar uw gewas wel kunnen beschadigen. Als u dit ongedierte vindt, behandel het probleem dan door insectendodende zeep of tuinbouwolie aan te brengen. Verwijder vuil, inclusief gevallen fruit, in de winter om ervoor te zorgen dat insecten niet in of op uw bomen overwinteren.
Andere veelvoorkomende problemen zijn onder meer planten die geen vrucht dragen, fruit dat valt voordat het rijpt of fruit dat zich splitst. Als planten geen vrucht dragen, komt dat over het algemeen omdat ze gewoon te onvolwassen zijn. Als je volwassen plant geen vrucht draagt, kan het zijn dat hij ongelukkig is door overtollig vocht rond de wortels, overbemesting of gebrek aan zonlicht. Evenzo, als fruit valt voordat het rijpt, is dit hoogstwaarschijnlijk omdat de boom nog aan het rijpen is. Na een jaar of twee zou het volwassen fruit moeten gaan ontwikkelen.
Het splitsen van fruit is misschien wel het meest voorkomende probleem dat telers hebben met hun granaatappelvruchten. Om dit probleem te voorkomen, moet u de plant gelijkmatig water geven, tijdens het groeiseizoen mulchen rond de basis, geen water op het fruit krijgen en oogsten zodra het fruit rijp is.
Ziekten bij granaatappels zijn relatief zeldzaam, maar planten kunnen worden aangetast door bladvlek, vruchtvlek, Alternaria vruchtrot en Aspergillus vruchtrot. Bladvlek verschijnt als donkere vlekken op de bladeren en zorgt ervoor dat de geïnfecteerde bladeren voortijdig vallen. Fruitvlek is vergelijkbaar omdat het donkere vlekken op het fruit veroorzaakt. Beide ziekten kunnen worden behandeld met fungicide, maar zorg ervoor dat het product dat u kiest, is geclassificeerd als veilig voor gebruik op eetbare planten.
Zowel Alternaria als Aspergillus-fruitrot zijn schimmels die ervoor zorgen dat fruit gaat rotten en oneetbaar wordt. Ze worden verspreid door scheuren in het fruit en door ongedierte, dus behandel ongedierte zodra je ze opmerkt, werk om scheuren in je fruit te minimaliseren en gebarsten fruit te verwijderen wanneer je ontdekt dat het de verspreiding van deze ziekten kan verminderen.
