Nieuwe studie suggereert dat gespecialiseerde maïsteelt het aanpassingsvermogen vermindert

De studie, die u hier in zijn geheel kunt lezen, is een grootschalig onderzoek of deze zeer gespecialiseerde maïsrassen het aanpassingsvermogen hebben behouden. Het begint met het opmerken van het geweldige werk dat fokkers hebben gedaan (“opmerkelijke productiviteit is bereikt”), kijkt vervolgens of er kosten zijn aan deze productiviteit, vooral met betrekking tot de effecten van klimaatverandering.

Helaas, het lijkt erop dat het antwoord ja is. De onderzoekers werkten samen met 12 universiteiten in Noord-Amerika om meer dan 850 unieke maïsvariëteiten te testen en hun vermogen om te gaan met veranderingen in het milieu te meten. Ze ontdekten dat de meest gespecialiseerde maïsvariëteiten een verminderd aanpassingsvermogen vertoonden - "plasticiteit, ” in agronomist-speak - een variabele die met een vrij hoge mate van vertrouwen kan worden gemeten. Het lijkt erop dat door te proberen gewassen met een hogere opbrengst te we hebben misschien plasticiteit gekweekt.

Onderzoekers merken ook op dat er een afweging is; proberen om cultivars te kweken die geschikt zijn voor een breed scala aan omgevingen, kan plasticiteitsverlies verminderen, maar dat zou ook een algemeen prestatieverlies over de hele linie betekenen. Zoals met zoveel problemen, er is hier misschien geen oplossing die alle problemen oplost:een zeer flexibele maïs zou minder productief zijn; een zeer gespecialiseerde maïs zou constant moeten sleutelen om ervoor te zorgen dat het een veranderende wereld aankan.