Welkom bij
Moderne landbouw
!
Als je al een bananenboom hebt (Musa acuminata ) groeit in uw tuin, maar moet het nog geen fruit zien produceren, wees geduldig. Als tropische planten die groeien in planthardheidzones 10 en 11 van het Amerikaanse Department of Agriculture, produceren bananen hun bloemen meestal ongeveer 10 tot 15 maanden nadat ze voor het eerst uit de grond zijn gekomen, hoewel het langer kan duren als je niet goed voor de planten zorgt. Als je buiten het beperkte vorstvrije winterhardheidsbereik van de bananenplant leeft, verwacht dan geen bananenoogst; kweek in plaats daarvan deze tropische plant als sierplant in je landschap.
Video van de dag
De eerste drie tot vier maanden van het leven van de plant bepalen hoeveel ze produceert. Om het de juiste zorg te geven, moet je speciale aandacht besteden aan kunstmest en water, evenals aan de groeigewoonten van je banaan.
De bloeiende stengel waar de bananen groeien, komt uit het midden van de pseudostem. Je merkt het meestal als de plant 26 tot 32 bladeren heeft. Een spiraal van bloemen groeit langs de bloeiende stengel en vlezige schutbladen bedekken de bloemen en vallen er uiteindelijk af. De vrucht ontwikkelt zich in trossen die handen worden genoemd. Afhankelijk van de cultivar en de groeiomstandigheden kan het 80 tot 180 dagen duren van scheut tot oogst.
Bananen groeien goed in een vruchtbare grond die vochtig maar niet drassig is. De planten staan ook het liefst in de volle zon, maar kunnen wel tegen wat schaduw. Een boom die in schaduwrijke omstandigheden groeit, heeft de neiging om langer te duren voordat bananen groeien en zich ontwikkelen. Bescherming tegen de wind is ook nuttig, omdat te veel wind de bladeren kan versnipperen en drogen.
Bemest elke jonge plant om de 60 dagen met 1/2 pond 6-2-12 meststof. Wanneer de bloemen en de paarskleurige schutbladen tevoorschijn komen, verhoog je dit in stappen van 1/2 pond totdat je de planten 5 pond kunstmest geeft tijdens de bloeicyclus.
Tenzij je ze precies de juiste hoeveelheid water geeft, zullen bananenplanten niet gedijen. Bananen doen het niet goed in drassige grond en hebben de neiging om langzaam vrucht te dragen als ze niet genoeg water krijgen. Geef elke week ongeveer 1 tot 1 1/2 inch water om een evenwicht te vinden.
Om te controleren of de grond voldoende afvoert, graaft u een paalgat van 2 voet diep in het gebied waar uw bananen worden geplant. Vul het gat met water en controleer hoeveel er na twee uur wegloopt. Als het water niet weg is, overweeg dan om een afvoersysteem te installeren, zoals een ondergrondse leiding met gaten, om overtollig vocht af te voeren.
Als je een bananenplant hebt, krijg je er waarschijnlijk meer dan één. Bananen zenden ondergrondse wortelstokken uit die nieuwe scheuten forceren, waardoor het potentieel ontstaat om binnen een paar jaar een volledige bananenboomgaard te hebben. Omdat al die planten met elkaar verbonden zijn, kun je er wat terugsnoeien, zodat je je kunt concentreren op de bloei.
In het ideale geval heb je drie planten die tegelijkertijd in één gebied groeien en alle andere verwijderen. Laat er een met rust en laat hem bloeien. Snijd nog een terug tot de helft van de grootte van de grootste en knip de derde kort af, tussen 6 inch en 3 voet, afhankelijk van de grootte van de anderen. Wanneer de grote bloeit en fruit voortbrengt, snij die dan terug tot op de grond, omdat hij klaar is met het produceren van fruit. Veeg de messen van uw snoeigereedschap af met een doek gedrenkt in ontsmettingsalcohol om de verspreiding van ziekten te voorkomen.
Voor het beste succes in bloei en vruchtvorming, moet je je bananen niet verdringen. Als je planten klein zijn, kunnen ze tot 2 meter van andere kleine bananenplanten worden geplant, terwijl grote planten 3 meter van andere moeten zijn.
Houd onkruid op afstand en trek ze omhoog zodra je ze ziet. Door mulch rond de planten te plaatsen, voorkom je dat andere planten voedingsstoffen uit je bananenplanten stelen. Probeer ook afgewerkte compost onder het bladerdak van de banaan te plaatsen om je planten nog meer voedingsstoffen te geven.
Twee veelvoorkomende problemen voor bananen zijn fusariumverwelking en sigatoka-ziekte. Er is geen bekende controle voor fusariumverwelking, ook wel Panama-ziekte genoemd, behalve het vermijden van bananenteelt in gebieden waarvan bekend is dat ze besmet zijn met de schimmel. Als uw planten het hebben, zullen hun bladeren verwelken en geel worden en kan de stengel er bruin of zwart en slijmerig uitzien.
Voor de gele sigatoka-ziekte ziet u mogelijk lichtgroene of bruine vlekken op de bladeren van de plant. Voor zwarte sigatoka ziet u mogelijk roodbruine vlekken op de onderste delen van de bladeren. Beide schimmels zullen uiteindelijk de bladeren volledig bedekken en doden. Als u dit probleem ziet, knip dan alle bladeren af die zijn geïnfecteerd met meer dan 50 procent van de vlekken en verwijder ze volledig uit de tuin om verspreiding van de ziekte te voorkomen. Over het algemeen zijn zorgvuldige bemesting en goede drainage uw beste bondgenoten, en fungicide is meestal niet nodig in huistuinen.
