Welkom bij
Moderne landbouw
!
Als tuinman mag je niet echt leven voor winter. Toch ben je waarschijnlijk gaan waarderen dat kouder weer een aantal belangrijke doelen dient. Sommige zaden vereisen bijvoorbeeld langdurige blootstelling aan temperaturen onder het vriespunt om volgend seizoen te ontkiemen. Zware vorst helpt ook om het aantal bepaalde plaaginsecten op planten in de tuin in de lente te reguleren.
Maar de winters zijn over het algemeen veel minder voorspelbaar geworden. Volgens de 2020-paper "Changing Lengths of the Four Seasons by Global Warming", gepubliceerd in het tijdschrift Geophysical Research Letters , "De vier seizoenen van een jaar hebben niet langer gelijke maanden en ze beginnen onregelmatig."
Van 1952 tot 2011 is de lengte van de zomer op het noordelijk halfrond zelfs gestegen van 78 naar 95 dagen. Ondertussen zijn de lente-, herfst- en winterseizoenen elk verloren dagen in diezelfde periode.
"Langere en hetere zomers, kortere en warmere winters, kortere lente- en herfstseizoenen zijn de nieuwe norm, en dit soort trends kan in de toekomst onvermijdelijk worden versterkt", merken de auteurs op.
"Als de gemiddelde minimumtemperatuur stijgt, heb je gewoon minder kans op een overgang naar bevriezing. En dus zul je minder van die cold snap-evenementen hebben", zegt Toni Morelli, een onderzoeksecoloog van de U.S. Geological Survey bij het Department of the Interior Northeast Climate Adaptation Science Center. Ze is ook een adjunct-assistent-professor bij de afdeling milieubehoud aan de Universiteit van Massachusetts.
Dat wil niet zeggen dat koude snaps voorgoed verdwenen zijn. In plaats van? In de afgelopen jaren hebben sommige delen van de Verenigde Staten na . extreme koudegolven gehad vroege opwarmingsperioden.
"Dit is een grote zorg voor de telers van steenfruitbomen, maar ook voor andere tuinders, omdat je vaste planten uit hun rustperiode komen en dan worden ze getroffen door wat aanvoelt als een ongebruikelijk koude gebeurtenis", zegt Morelli. “Maar echt, het was de warming-up die ongebruikelijk of atypisch was, en het koude evenement is normaler.
"Het is gewoon dat het gebeurde na een opwarmingsgebeurtenis, en dat is niet hoe het vroeger was."
Een verlies van wintersneeuw - samen met zijn natuurlijke isolerende eigenschappen - is een ander aspect van ons vreemdere winterweer. "Dat kan echt een probleem zijn voor onze bomen, omdat hun wortels worden blootgesteld aan de vriestemperaturen op een manier die ze voorheen niet waren", zegt Morelli. "Omdat we ofwel minder sneeuw krijgen of we krijgen gewoon af en toe smeltende gebeurtenissen, dus het sneeuwpakket is gewoon niet zo consistent als vroeger."
Als je potentieel gevoelige bomen hebt, moet je misschien wat extra wortelbescherming toevoegen om ze erdoor te helpen. In sommige gevallen kan een tijdelijke laag mulch, jute of stro het werk doen dat een mooie sneeuwdeken ooit deed.
Minder - of kortere - bevriezingsperioden zullen er waarschijnlijk toe leiden dat sommige tuinders het vermogen verliezen om bepaalde plantensoorten helemaal te laten groeien.
"De soorten soorten die we zullen zien afnemen, zijn die soorten met een verspreiding die historisch beperkt was tot een relatief smalle klimatologische tak - mogelijk aan koude aangepaste soorten die de kou verliezen die ze nodig hebben om te overleven, ', zegt Caroline Williams, universitair hoofddocent aan de University of California, Berkeley's afdeling integratieve biologie.
"Als ze niet de kou hebben gehad die ze in de winter nodig hebben, zullen planten met een sterke vernalisatie-eis niet per se in staat zijn om hun voorjaarsopkomst te versnellen."
Dankzij veranderende weerspatronen kunnen zaden die een periode van twee of meer maanden van constant koude temperaturen nodig hebben, mogelijk helemaal niet ontkiemen. Je kunt proberen de situatie te redden door bepaalde zaden zelf koud te behandelen.
Om de winter te maken, mengt u de zaden om koud te stratificeren met steriel, vochtig groeimedium. Koel dit in een luchtdichte verpakking.
Nadat de vereiste tijd is verstreken, haal je het uit de koelkast en probeer je de zaden te laten ontkiemen. (Houd er rekening mee dat sommige soorten deze behandeling gemakkelijker aankunnen dan andere. De kiemkracht zal dus variëren.)
Uiteindelijk moet je misschien overstappen op een plantenras dat tolerant is voor een groter temperatuurbereik - en temperatuurschommelingen -. "Als je iets aan de uiterste zuidelijke rand van zijn verspreidingsgebied plant, dan is dat een goed teken dat het in de toekomst waarschijnlijk niet zo goed zal gaan", zegt Williams.
"Omdat organismen typisch de voorkeur geven aan omstandigheden in de buurt van het midden van het bereik."
Sommige planten die geen duidelijke winterperiode nodig hebben om de kiemrust te doorbreken, kunnen gedijen binnen het nieuwe klimaatparadigma. "Veel planten zijn in staat om hun fenologie te verbeteren en komen eerder in het seizoen op", zegt Williams.
Helaas zijn veel van deze invasief. "Invasieve soorten zijn bijna per definitie opportunistischer dan andere soorten", zegt Morelli.
Slechts een klein percentage van de niet-inheemse planten wordt invasief, degenen die dat wel doen, passen zich beter aan veranderingen in hun omgeving aan. "Ze zullen zelfs nog beter reageren op eerdere lentes en mildere winters en profiteren van die veranderingen dan veel van de niet-invasieve, niet-inheemse soorten of dan de inheemse soorten", zegt Morelli.
Soms beschreven als 'thermische generalisten', kunnen planten en insecten die minder kieskeurig zijn over hun levensomstandigheden, zich mogelijk in een betere positie bevinden om te gedijen. "Ze hebben een zeer brede verspreiding en doen het goed in een grote verscheidenheid aan klimaten", zegt Williams. “Daarom zijn dat vaak plaagsoorten.”
Om de invasieve planten en plaaginsecten in onze tuinen een stap voor te blijven, kunnen extra onkruid- of onkruidbestrijdingstechnieken nodig zijn. Het kan helpen om karton tussen plantenrijen en langs tuinpaden te plaatsen. Dat geldt ook voor tussenplanten met nuttige, insecten aantrekkende goudsbloemen of onderhoudsarme groenten zoals boerenkool.
Het leren kennen van de verschillende insecten in de tuin - en met name hun voorkeuren en gewoonten voor het leggen van eieren - zal ook steeds belangrijker worden. Als je exponentiële groei van bepaalde insectenplagen wilt voorkomen, kan het met de hand plukken en weggooien van hun eieren voordat ze de kans krijgen om uit te komen het verschil maken.
Net zoals koude-adaptieve planten het kunnen verliezen met meer warme dagen en minder koude kiekjes, zo ook sommige nuttige insecten.
“Koudadaptieve insecten hebben een koudebehoefte tijdens hun winterrust. En als niet aan die huiveringwekkende eis wordt voldaan, kunnen ze ook vertragingen of verstoringen van hun lentetiming ervaren, "zegt Williams.
Wintervorst helpt ook om het aantal insecten dat problematisch is voor planten terug te dringen. Maar met minder - en kortere - koude periodes aan de horizon, zullen sommige plagen een sterkere voet aan de grond krijgen door eerder en in grotere aantallen uit te komen dan ze ooit zouden hebben gedaan.
"Dingen met korte generatietijden, grote populatiegroottes en veel genetische diversiteit - ze zullen het beter doen dan dingen met lange generatietijden", zegt Williams. "Insecten die meerdere generaties per jaar hebben, zoals fruitvliegen of sommige soorten muggen, zullen zich sneller kunnen aanpassen dan insecten met een eenjarige of meerjarige generatietijd waarbij je maar één keer per jaar volwassen exemplaren ziet verschijnen."
Veel insectenplagen zijn zelf vectoren voor ziekten. Het kan dus zijn dat we bacteriën en schimmelziekten beter in de gaten moeten houden.
Naast het regelmatig monitoren van het aantal en de soorten insecten die we op onze gewassen zien, kunnen we de verspreiding van plantpathogenen verminderen door planten verder uit elkaar te plaatsen en een betere luchtcirculatie te bevorderen met oordeelkundig snoeien.
Ten goede of ten kwade zijn veel tropische planten en insecten in beweging - samen met onze traditionele klimaatzones.
"De aan- of afwezigheid van bevriezing vormt een harde limiet voor de verspreiding van veel tropische aangepaste organismen", zegt Williams. "En dus wat we zien is een soort sluipende 'tropicalisering' van de gematigde zones ... waar er een overgang is tussen vries- en niet-vriestemperaturen."
Van muggen en vuurmieren tot de Afrikaanse mestkever, veel organismen breiden hun verspreidingsgebied snel uit. "Het is een soort beweging van tropische organismen naar de gematigde zones die wordt toegestaan door dit gebrek aan bevriezing", vervolgt ze.
Zelfs heilzame monarchvlinders hebben hun gewoonten veranderd.
"Ze overwinteren nu in sommige gematigde streken, zoals langs de noordelijke Golf van Mexico", zegt Williams. “Er zijn veel verschuivingen in zowel schadelijke als nuttige soorten. Je kunt dus dingen verwachten die je nog niet eerder in je tuin hebt gezien.”
Door foto's te maken en aantekeningen te maken in een tuindagboek, kunt u deze nieuwkomers beter onder de knie krijgen. En als je eenmaal vriend van vijand hebt bepaald? Je kunt ze actief rekruteren - of afstoten - als dat nodig is.
"Door aandacht te besteden aan het soort habitat en omgeving dat je biedt, kun je de aanwezigheid van nuttige insecten aanmoedigen die je misschien wilt aanmoedigen om daadwerkelijk naar je tuin te verhuizen", zegt Williams.
“Je kunt voorzien in de dingen die ze nodig hebben voor hun levenscyclus, in termen van waardplanten of nectarbronnen. En als je enig idee hebt in jouw specifieke gebied van wat de gemene indringers zijn die naar de polen gaan en wat voor soort vereisten ze hebben voor hun levenscyclus, kun je misschien manieren vinden om hun vestiging te ontmoedigen.
